Beschrijving
In de vier jaar durende loopgravenoorlog kwam het geregeld tot aanvaringen tussen soldaten en hun oversten. Soldaten knapten af op de moeilijke levensomstandigheden en de kadaverdiscipline met dril, oefeningen en mars. Een berisping of het zoveelste bevel kon een soldaat doen overkoken van woede. Dan slingerde hij zijn korporaal of sergeant allerlei grove verwijten naar het hoofd of ging hem zelfs te lijf.
Tom Simoens brengt een verhelderende studie over dit verbale en fysieke geweld dat plaatsvond in de rangen van het Belgisch leger. De auteur besteedt ruime aandacht aan de manier waarop het leger omging met deze inbreuken op de discipline. Hij biedt een antwoord op onder meer volgende vragen. Waarom lagen sommige manschappen overhoop met hun overste? Hoe gingen de krijgsraden om met deze weerspannige soldaten? Ging het om een willekeurige of blinde onderdrukking? Welk lot was de veroordeelden beschoren? Werden ze opgesloten veilig ver weg van het front?